pagina 19

Uitgeput belandden moeder Martha en dochter
Ien op de terugweg in Lenzkirch bij Titisee.
Campingplatz 'Bauernhof' of zoiets.
Schnitzel Jägersoße en grote pullen bier.
Veel pullen bier gedronken met mensen uit Lith.
Het was gaan regenen en al laat geworden.
En ze waren te zeer aangeschoten om nog
een tent op te kunnen zetten. Maar gelukkig
werden ze uitgenodigd om te blijven slapen.
Door de boer van een huis verderop,
die zo mogelijk nog zatter was dan zijzelf.
"Dat kon niet alleen zijn klompvoet zijn, toch?"
Links en rechts Hermann ondersteunend,
wankelden zij gedrieën door de nacht.



"Margo, je zoon is verliefd tot over zijn oren.
Bij het overstappen op het station van Chiasso
in Zwitserland heeft hij zijn koffer laten staan.
Hij denkt alleen nog maar aan Bea. Is het niet
Paul?" "Ze heet Eva." "Ze komt toch uit Este.
Denk aan Dante." En tegen Mo: "Een dochter
van de Robecchi Briquetti's, waar we de laatste
week logeerden. Hij werd goed in de gaten
gehouden door de vele broers, zelfs de jongere."
"Die steeds met hun handen in die zwembroekjes
van hen zitten." Eén keer hadden ze kunnen
ontsnappen. Ze waren met z'n tweeën naar
Rosolina Mare aan de Adria geweest.
En hadden daar calamari fritti gegeten
uit een vettige puntzak, hmmm.

pagina 18

Lingerie & Foundation Nobelle B.V. was
Henks werkgever in de zomermaanden.
Nog maar amper wakker fietste hij
naar het industrieterrein in Wijchen.
Met een palletwagen moest hij
in het magazijn goederen verplaatsen.
Zoals: beha's Foxy A-cup tot en met DD,
panty's zwart Lieutenant Uhura,
step-ins, korsetten, corseletten et cetera.
Hij had het geld nodig om een Honda
off the road machine te kunnen kopen.



Uit Padova kreeg Henk een prentbriefkaart
met een afbeelding van een fresco
uit het Oratorio di San Giorgio.
In het Engels getiteld:
St. Lucy Remains Immovable
at an Attempt to Drag Her
with the Help of Oxen
to a House of Ill Repute.
En een tweede uit Piacenza met:
"De bronzen lever van Piacenza
dit jaar weer niet gezien.
Museum nog steeds in rinnovazione.
Groeten van Allard, Anton en Paul."
Een week later kwam er nog een uit Vaduz:
"Lieve groet uit Liechtenstein
ansichtkaart
bericht van zadelpijn.
Martha en Ien."

pagina 17

"Over kleuren en ogen gesproken, waarom
heb je er Athene's oogkleur niet in vermeld?
Jij, die zelf zo'n mooie groene ogen hebt."
"Hou op, Paul en kijk me niet zo aan.
Ik heb niet graag dat mensen me aanstaren."
"Omdat je ietwat loenst, is het daarom?"
"Nee, gewoon ik wil het niet. Toe Paul hou op."
Hier stokte de productiviteit voor weken.
Ze wilde nog één couplet en één refrein maken.
Maar daarin moesten dan boek veertien tot
en met boek vierentwintig nog geperst worden.
Femios Terpioszoon bracht uitkomst. De naam
zou nog vaker in de gesprekken opduiken.


Telemachos en Penelope

Een varkens- en een koeienherder
Telemachos Odysseus' zoon
Zo vormden zij het kleine leger
De strijders om de koningskroon
De speren, zwaard en scherpe pijlen
Zij maakten vele vrijers af
De Aigis als geheime wapen
Zo was het net een massagraf

Maar Femios Terpioszoon ontsnapte
En zong nog lang nadien dit lied
Wie schoof mijn bed nou terzijde?
Penelopeia dat gaat niet


Odysseus en Penelope

pagina 16

Met waspropjes in onze oren
De kapitein bonden we vast
Zo voeren wij langs de Sirenen
De angst van elke varensgast
De monsters Skylla en Charibdis
Zij waren onze ondergang
Alleen Odysseus greep een balk vast
en dreef zo negen dagen lang

Maar in Kalypso's welvend grotje
En zogenaamd met tegenzin
Verbleef hij zeven of acht jaren
Tot dat hij beu was van 't gespin


Odysseus, Pallas Athene, Nausikaä

Nausikaä met blanke armen
Vond hem toen nakend aan het strand
Faiaakse schepen nadien stenen
Geworden door Poseidons hand
Zij brachten hem onder verdoving
Voorzien van prachtvolle cadeaus
Naar Ithaka zijn eigen eiland
Bedankt koning Alkinoös

't Was Forkys' haven der Najaden
Waar hij door Pallas' kleurspoeling
Troebele ogen en in vodden
Metamorfose onderging

pagina 15


Odysseus en Kirke

Genoeg van goddeloze Kyklopen
En ruzie om de rijke buit
Gedecimeerd door Laistrygonen
De vloot telde nog slechts één schuit
Met Hermes' tegenkruid gewapend
Weerstond hij Kirkes toverkracht
Bevrijdde hij zijn kameraden
Van knorgeluid en varkensvacht

En toen een bange reis naar Haides
Dat hele enge schimmenrijk
Waardoor we twee keer zouden sterven
Als ik het achteraf bekijk

"Ik sta versteld, hoewel mijn korte
versie toch ook iets had, niet?
Erembië, waar ligt dat?
Hoe lang gaat het geheel
op deze manier worden?
En kan je het helemaal zingen?"
"De achtregelige verzen zing je op:
'Met kakkerlakken in de midscheeps'
en die van vier regels op:
'Die van zijn moeder op de kade'.
Maar ik heb nog meer."

pagina 14

"Die laatste zin, daar ben ik zelf
niet zo gelukkig mee." gaf Ien toe.
"Juist wel, past goed bij Ajax en
de cup winnen van... laten we eens kijken,
Istanbul... Fenerbahce. Wat zeg jij Henkie?"
"Prachtig, maar ik met mijn 'dirty mind is
a joy forever' had voor 'gevoosd' gekozen.
En van 'Trojer' zou ik 'dromer' gemaakt hebben.
Door dromer Paris nu gevoosd.
Wat me aan Paris zo bevalt is
dat hij een luchtfietser is, een fantast
die bovendien liever op zijn lier speelt dan..."
"Ja ja, maar die wel Achilles in zijn hiel schoot."
En Paul meende ook: "Mijn Ajax, uitgegleden
in de koeienvla of is het koeienvlaai,
kan dat er op een of andere manier niet in?"


Paris, Apollo, Achilles

Nog Ismaros stad der Kikonen
In as gelegd dan terug gekeerd
Bij ronding van kaap Maleia
Zijn wij 'm evenwel gesmeerd
Naar Kreta, Kypros, Sidon varen
Voor barnsteen, zilver en ivoor
Aigypte, Erembië waar ligt dat
Verloren Menelaos spoor

Dankzij de Boreas in de zeilen
En dan Kythera nog voorbij
Belandden wij bij bloemeneters
Lotofagen heel gastvrij

pagina 13



"Toen wij van Rotterdam vertrokken..."
"Wat Henk ga je er al van door?"
"Nee, maar zing eens Ithaka voor Rotterdam."
"Toen wij van Ithaka vertrokken,
met de Edam... hoe heette hun schip?"
"De Odysseia in één lied te willen persen,
dat was vragen om moeilijkheden." vond opa.
"Bovendien begon de tocht in Ismaros.
Het voorafgaande is Ilias. En dan dat 'wij'.
Alleen Odysseus keert terug."
"We zien wel." Pauls lijfspreuk.
"Desnoods stoppen we de Ilias
en de Odysseia in één lied."
Ien deed Pauls blaadje in het schrift.
"Ik zal er thuis nog eens naar kijken."


Odysseus

Ons zwarte schip met de rode boeg.

Toen wij van Ithaka vertrokken
Om te gaan vechten in de Oost
Voor schone Helena van Sparta
Door Trojer Paris nu gekoosd
Toen hadden wij een gisse jongen
Laërtes' zoon bij ons aan boord
Die Kalchas' dromen transformeerde
Tot houten paard als slotakkoord

Die na de zege op de Trojers
Ook kleine Ajax nog versloeg
En zo het mengvat en de os won
Die kampioen uit onze ploeg

pagina 12

Odysseus van Ithaka
strijdend voor
de schone Helena
versloeg Ajax
door Athene's koeienvla.
Dreef wat af
naar het eiland Ogygia.
Kalypyso's grot
ruilde hij voor Nausikaä.
Vertelde haar
van Lotofagia,
van Kykloop en Aiaia,
Charibdis en Trinakria.
Weer thuis bij Penelope,
na een filipica,
kregen alle vrijers
de pijl van ongena.

"Het is niet O'dysseus maar Odys'seus
en klinkt dus niet als "yellow sun",
mocht dat jouw bedoeling zijn.
Zo is er met het metrum iets mis.
En die filipica is zeker de strijdrede
waar Philippus van Macedonië
later zijn naam aan ontleende?"
Ien had nog meer kritiek: "Die vrijers,
ik meen dat er één of twee ontsnapten."

pagina 11

Waartoe slechts vrienden amuseren?
Ik wens de aandacht van iedereen
en ik zal u met mijn gaven eren
die ik aan mijn vrienden ontleen.
Niemand verschuldigd, wel beseft,
gewoon omdat ik het niet laten kon.
Enfin, hoe het ook zij, het betreft:
verhalen die ik grotendeels verzon.
Tragikomisch in het duister tastend
mijn expanderende brein ontlastend.
Besluiteloos met opgeheven hoofd
totdat de vlam is uitgedoofd.

De verjaardag van opa.
"Eenentachtig jaar
wel een beetje raar
zit op hete kolen."
Zo spotte Henk een beetje.
Opa en Henk konden het goed
met elkaar vinden. En aan Ineke
bekende opa: "Was ik nog maar jong."
Henk, nog in 'Doe maar' sferen:
"Onder de flatgebouwen
van de stad
naast jououww."
Paul wachtte op een goed moment
om zijn nieuwste creatie te laten lezen.

pagina 10

"Kinell, what happened here?" vroeg Tony
Ien staat het nog helder voor de geest.
Een van die ruzies dat haar moeder zei:
"Zoals je ziet heb ik de stal uitgemest.
Niet dat ik iets weggegooid heb hoor."
"You've done the windows."
"Afgaande op je gezicht is dat
niet als compliment bedoeld."
"No, now my zebra has gone."
"Je zebra? Toch niet die duivenflats?"
"In the end it had only three legs
but still..." En vanuit de badkamer:
"My coyote as well! I still remember
how it looked like: staggering away
after a copieus meal."



Vrijdagmiddag in café 't Geniale Renpaard.
"Jongens, ik heb een schrift aangelegd
van alles wat we tot nu toe maakten."
Hooguit een bladzijde of tien, maar in de
soms euforische gedachten van Paul,
kon dat wel eens uitgroeien tot... zoiets
als Onegin, waar hij nu weer in de ban van was.
Maar de meer nuchtere Henk onderbrak Paul,
"Wel nee, je moet nooit iets echt gaan nadoen.
Het is toch genoeg te weten dat Poesjkin van alles
gebruikte... liedje, brief, roman, vers en dat hij kon
uitweiden of er mee kappen wanneer hij dat wilde.
Trouwens wij moeten ook niet te veel
met poëzie en helden gaan dwepen.
Anders beginnen we nog op die creeps
uit Dead Poets Society te lijken.
Maar die versie van het voorwoord
waar Paul een negen voor kreeg,
schrijf die maar in je schrift, Ien"

pagina 9

"Wat eten we vandaag, mam?"
"Pererijst." "Nee, maar echt?"
"Dat zie je nog wel, maar met een
gezinszak chips achter de kiezen
heb jij straks geen honger meer.
Het wordt spaghetti met zeebeesten.
Heb jij niks beters te doen
dan tekenfilms te kijken?"
"Niet alle tekenfilms zijn dom hoor.
Weet je wat ik net zag? Een eekhoorn
die een mens speelde die met z'n stem
nadeed hoe muziekinstrumenten
de menselijke stem nadoen."



Ze woonden in een veel te groot hoekhuis.
Niet slecht gelegen aan de Timorstraat.
Tussen de fietsrekken in de voortuin
stond in het grind een blauw bord
waarop te lezen viel:
Tandarts Haverkamp
voor afspraken
telefoon 002349
En met een viltstift stond geschreven:
double o' two
three four nine
that's my number.
Martha wilde niet meer Sarie heten
sinds Tony was weggegaan.
Maar Ien hield haar oude naam.
Ien Haverkamp, ze moest er niet aan denken.

pagina 8


Hypnos en Thanatos

Ook de gepensioneerde etruskoloog
opa Allard deed een duit in het zakje
en vermaande zijn kleinzoon.
"Denk eens aan de klassieken.
Je zit toch op het Gymnasium.
Dodenrijk van Tartaros
Hypnos' huis
en ook dat van Thanatos."
Maar de allermooiste was toch
van zus en actrice Monica
die hen op zondag kwam opzoeken.
Zij schudde er een uit mouw.
"Tenderfoot uit Trinidad
zijden sok
had nog nooit echt liefgehad."

De Potjes woonden in de professorenbuurt.
in de professor Drossaert Lullofsstraat.
Bij de oude mensa. De wijk heette Galgeveld.
Opa zat boven bij de warme kachel
ofschoon er centrale verwarming was.
Zijn woorden bleven in Paul gisten
en hij bladerde op goed geluk in een
boek met Griekse mythen en sagen.
Zijn oog viel op de Odyssee.
Die nacht vocht hij in een veldslag
tussen ridders hoog te paard.
Massa's bloed stroomden in het
rioleringsputje van het plein voor hun huis.

pagina 7



Er ontstond een hele Ecuador-rage
ten huize van de familie Pot.
Pauls moeder had een links verleden
en maakte er een op Vietnam.
"Ho chi min uit Vietnam
oude man
een sandaal uit autoband."
Ook oudste broer Willem
liet zich niet onbetuigd.
Hij was ooit unifiller in Libanon.
"Unifil in Libanon
blauwe pet
en een nacht in Tell Awip."



Vader Ton Pot, van beroep cryptoloog
bij het Universitair Computer Centrum,
verraste iedereen en maakte er een
waar Paultje niet aan kon tippen.
"Strooien hoed van Panama
tautologie
uit Midden Amerika."
Waarop Paul zijn vader plaagde.
"Krullenbol uit Senegal
berekende
het hoogste priemgetal."
Mo serveerde 's avonds:
"Erwtensoep van Nederland
met veel prei
en ook een varkenspoot."

pagina 6


Leibniz

"Die imaginaire Zahlen sind
ein feine und wunderliche
Zuflucht des göttlichen Geistes,
beinahe ein Amphibium
zwischen Sein und Nicht-sein."
De leraar wiskunde Heinz Widerporsten
moest zonodig Leibniz weer eens citeren.
"Als we weten dat:
i² = 1 en j² = 1 en k² = 1
en bij quaternionen vermenigvuldiging
niet langer commutatief is, zodat:
j = -k * i = i * k
welke formule hebben we dan voor..."


Paustovsky

Ondertussen fluisterden Ien en Henk:
"Wat zijn die leraren toch saai.
Behalve die van Russisch dan.
Hadden wij bijvoorbeeld maar
zo'n aardrijkskundeleraar
als Konstantin Paustovsky had:
Tsjerpoenov de tovenaar
met zijn kabinet vol flessen.
Water helemaal uit de Limpopo."
"Henk Samrink opletten. Allicht is
Ineke interessanter dan wiskunde.
Maar jouw cijfer hangt tussen
een vijf en een zes, dus...
z (a,b) = a + b * i = r (cos ф + i sin ф)
waarbij -л < ф ≤ л en ik geef jou
de volgende formule te bewijzen:
z¹º² + 999 z³³ – л z² = -417 + i"
"U weet ook wel dat ik dat niet kan.
Die complexe getallen zijn mij
een tikkeltje te complex."

pagina 5

"ah nee ... veel te koffieshopperig
en alleen het begin klopt met de wijs.
Wacht ik zet de plaat even op."
Paul had het rijmwoordenboek
van Jaap Bakker aangeschaft.
"Er staan ook rijmschema's in en
hoe het zit met jambe en trochee.
Yellow sun of Ecuador, is dat
nou een viervoetige trochee?"
"yel-low sun of E-cua-dor ...
streepje boogje, streepje boogje,
streepje, boogje, streepje ...
Niet helemaal ... maar ja."
En uit de atlas haalden ze
maar liefst dertig landen
die klonken als Ecuador.
"Hee kijk, de hoofdstad
van Tuvalu heet Funafuti."

"Bijvoorbeeld op Griekenland kan:
geile zon van Griekenland,
Venus' broer,
jij hete stokebrand."
"De woorden ' Venus broer'
voor 'lead me on' dat kan wel,
maar 'jij hete stokebrand'
is geen viervoetige trochee
zoals 'to the girl that I adore'.
'gloeiend hete stokebrand' misschien?"
Een volle prullenbak later...
zangeres van Mexico,
zonder naam,
streepje boogje,
streepje boogje tremolo.
"Hehenk" riep moeder
van onder aan de trap.

pagina 4



"Over platen gesproken...
daar kwam ik eigenlijk voor.
Die hond van jullie, Monza,
die heet toch naar dat liedje
van Ferrari, die Brabantse band?"
"Ja met de onvergetelijke zin:
It's a pity that she can't talk,
cause Monza is my dog. Goed hè..."
"Nou en een ander liedje van hen,
Yellow sun of Ecuador, daarop..."
"Dat is niet van Ferrari, dacht ik.
Boet zou het vast wel weten.
Wacht, ik vraag het pa."



"Het zijn de Classics, hier heb ik hem.
De elpee Papa Peppone.
Op de hoes staat: Killroy Weert."
"Hoe dan ook Henk, op die melodie
heb ik ook iets geprobeerd te maken."
Rooie lieb,
rooie lieb van Libanon
die herschiep
mijn halve pantheon.
Heden diep
ik uit een nieuwe grabbelton.
Bliep, bliep, bliep,
een reuzencyclotron
en hieperdepiep
een rijmlexicon.

pagina 3

Hondengeblaf klonk op toen Paul de poort
opende en de binnenplaats betrad
van Samrinks veste in de Ananasstraat.
Het waren de Duitse herders Monza en Kazan.
Monza kwam op een holletje aangelopen en
vader Walter stopte Kazan in de aanhanger
achter de Opel Ascona. De namen van beide
honden waren in rode plakbandletters
op het rijdende hondenhok aangebracht.
Mevrouw Samrink, Mirjam, riep
tegen Henk naar boven: "Laad jij
die dozen en kisten in de Transit,
nou Boet er niet is... daar heb je Paul."
Henk wenkte hem uit het open raam.



Broer Boet lag in het ziekenhuis.
Moet je horen wat een zeldzaam geval.
Hij werd vanmorgen wakker
en vond tot zijn grote schrik
een drol liggend op zijn navel.
Toen ging hij naar de dokter en
die zei: "Hoewel de darm geknapt is
noemen we dat een navelbreuk."
Dus ging Henk hem morgen vervangen
op de tweedehands platenmarkt.

pagina 2

De moeder van Paul noemen we Margo of Mo.
Niet slechts om "mevrouw Pot" te vermijden.
Jongste broer Anton wilde de volgende dag
als zon verkleed naar het schoolfeestje gaan.
Mo dacht over een eenvoudiger kostuum
en kwam met een pijp en pet van zolder.
Henk was degene in de volle keuken
die tamelijk handvaardig was.
Hij vroeg om een schaar en dozen
en maakte een mooie stralenkrans
van rode en gele kartonnen stroken.
Kleine Anton was in zijn sas.
"Hier, Henk en Ien delen jullie dan
deze lekkere kersenpannenkoek."



Op Pauls kamer, na wat talmen,
kwam Ien er mee voor de dag.
"Ik heb iets op papier gezet.
Een lied is het eigenlijk niet geworden.
Ik liep steeds met een zin in mijn hoofd,
uit een liedje, maar miste de melodie."
De liefde van de man
gaat naar de maan
en komt eigenlijk
ook daar vandaan.
De liefde van de vrouw
komt van de wind
en gaat grotendeels
op aan haar kind.
De liefde van het kind
is voor het dier
want het leeft nog
in het nu en het hier.

pagina 1

"Paul, is het goed als ik vanavond
bij jullie langs kom?"
"Nou ik heb anders een afspraakje
met ene Loes in café Bruintje."
Ien aarzelde even ... "Loes? ..."
"Klaassen, dubbel a dubbel s."
"En café Bruintje? Trouwens ...
jij hebt nooit afspraakjes
anders dan die met mij en Henk."
"Nou, dan kom maar langs.
Het is uit een commercial.
Ik dacht dat je 'm wel kende.
Afijn, Henk komt waarschijnlijk ook."

Het kwam goed uit dat Ien en
Henk meestal naar hem kwamen.
Iens moeder was tandarts
en wie ging er nou graag
naar het huis van een tandarts?
Bij Henk thuis kwam hij wel eens.
Een drukke bedoening en
ze praatten er zo luid en vaak
over die verdomde draaiorgels.
Of waar ze ook mee bezig mochten zijn.
Om maar te zwijgen over die honden.