pagina 100



(Ien was aan het snuffelen in Manons kamer.)
Maar waarom rust mijn blik nu juist op die plaats?
Hoezo verhoogt die rommelkast mijn geestdrift?
Voorzichtig haal ik uit de linker rolschaats
Een bruinig flesje zonder enig opschrift.
Jij cocktail van giftige sluimersappen
Extract van obscure wetenschappen
Palfium, Rohypnol en Mogadon
Bijeen gespaard, gescoord door Manon.
Ze zegt: vasthouden is al een medicijn.
Alleen al het zien verzacht de pijn.
Dat ze 't innemen nog lang opschorten mag.
Naar open zee gedreven te ontmoeten
De spiegelglans die toont de eigen voeten
Naar nieuwe oevers lokt een nieuwe dag.



Das also war des Pudels Kern!
Manon was niet alleen een Aussteiger,
maar had ook nog een ultieme Ausstieg
achter de hand. Ien maakte zich er niet al
te druk om. In vorige eeuwen liepen er veel
mensen rond met altijd een capsule gif op zak.
Als je daar nou enige kracht aan ontleende.
Het werd romantisch genoemd. Maar ja,
toen liep je misschien ook meer kans
gemarteld te worden. Zou zij het leven als
een marteling ondergaan? Lijkt me niet.
Goethe's poedel
Komrij's kat
Ding an sich
Wat is dat?


JW Goethe ................. Gerrit Komrij .......... Immanuel Kant

pagina 99

"Mam, kan ik de auto nog eens lenen?
Ik ga verhuizen. Ik ga voorlopig bij Manon
wonen in de Ooij." "Wat? Is het uit met
André? En alles was toch koek en ei?"
"Niet meer. Ik heb de hele nacht bij Manon
doorgefeest met een stel mensen. André
verveelde zich en was al naar huis gegaan.
Met wie tref ik hem vanmorgen in mijn bed aan?
Met de Belgische vriendin van Henk Samrink!"
Ien had met Lili gebeld en gelukkig waren ze
zo kies geweest om afwezig te zijn toen ze
haar spullen op kwam halen. "Dat bezoedelde
bed kunnen ze houden." Voor ze weg ging
schreef ze nog snel een briefje en legde dat
op het bed. Er stond slechts: Val kapot ... i.



Henk draaide een paar keer goed hard
'Zeg maar niets meer.' Dat luchtte op.
Tot hij besefte dat Hazes ... a. heette.
Marie belde op een keer. "Over drie weken in
Brussel? Waarom ik niet meer mee wil doen?
Carmenita heeft weer een nieuwe vlam."
Afleiding vond hij in de reizen met Ien en
Manon. Naar Delft (Delphi), Dishoek (Hades),
Vlissingen, Biggekerke, Borssele, en niet te
vergeten Sint-Joosland want dat was immers
Ios, het eiland van Homerus. De theorie begon
hem steeds aannemelijker in de oren te klinken.
Vooral het argument dat het landschap, de rivieren
en de paardenfokkerij op grote schaal moeilijk te
rijmen vielen met het rotsige Griekenland en Turkije.
"Maar hoe kregen ze dan al hun paarden in die
bootjes naar Engeland? wilde Henk weten.

pagina 98

Omdat hij moe werd Carmenita steeds
achterop de fiets te nemen, leerde Henk
haar fietsen op de fiets van zijn moeder.
Eerst had hij er helemaal niet aan gedacht
dat ze niet zou kunnen fietsen. Ze kreeg er
al snel plezier in. Want ze had aan Manon
gevraagd of ze eens haar racefiets mocht
lenen. Toen had ze er meteen een gekocht.
Carmenita, Ien en Manon begonnen echt
een beetje samen te klitten, zodat Henk
wat meer op zichzelf aangewezen was.
Want met André wilde het niet echt klikken.
Misschien omdat ze wat op elkaar leken.
Uiterlijk in het geheel niet, maar hun gedrag.
Territorium, pikorde ... van dat soort dingen.



Hé André, wat hoor ik nou?
Sliep Henks lief vannacht bij jou?
"Ja, ik schaam de ogen uit m'n kop.
Want gisteren na dat feestje
Dat ergerlijke feestje
Kwam zij nog even ..."
Zeg André, hou nou maar op.
Denk dat Henk 't wel verkropt.
Nee, jij bent niet niet de eerste die ...
Ik had al zo'n vermoeden
Zo'n donkerbruin vermoeden
Van Carmenita's dernier cri.

pagina 97



Wat neem je mee als cadeautje op een kraamvisite?
Henk dacht aan een boek van Knut Hamsun.
Om als ze wat groter zijn voor te lezen.
Zoals het spookverhaal 'Een levensfragment' uit
de 'Koningin van Sheba en andere verhalen'
over een jongen die een tand vind op het kerkhof.
Uiteindelijk vond hij Carmenita's idee toch beter.
Twee hele kleine zwembroekjes. Hoewel...
Maar Norma vond het enig. "Kijk eens Theo...
Leootje..." Paul meende zich te moeten verklaren.
"Ik had in stilte al voor 'Theo' gekozen, maar
ik wilde haar eerst laten en toen zij 'Leo' zei
wilde ik mijn keuze niet alsnog veranderen.



Paul was met de studie gestopt en was
net op proef bij een reclamebureau als
copywriter begonnen. "Ze vroegen me
naar voorbeelden van goeie commercials
en die vraag had ik verwacht. Toen zei ik:
De Oedipus-spots. Die van Calvé: 'Laat je
nog wat over voor onze Willem' pindakaas.
En van Bros: 'Pap, wil je met me trouwen?'
Of dingen die maar in je hoofd blijven hangen
als 'Fruitella' op een wijsje van Right said Fred.
Een slechte: 'Afte, pak Pyralfex.' Hoewel,
het feit dat ik 'm heb onthouden... nietwaar?"
Hij had net aan een belangrijke opdracht één
zin bijgedragen. Voor een ketchup uit Elst.
"Weet je nog, Henk, hoe de Engelse uitspraak
van Mark Antonisse soms voor hilariteit zorgde?
Wel hoe zou hij 'Queen of the south' zeggen?"