pagina 76

Ook Ien kreeg een telefoontje. Van haar moeder.
Maar met een veel slechtere boodschap.
"Tony is dood." "Wat?..." "Kom onmiddellijk
naar huis, we gaan vanavond nog naar Engeland."
En in de trein onderweg naar Zeebrugge:
"Maar hoe kwam hij dan aan die boot?"
"Ik weet ook alleen maar dat wat zijn zuster
mij over de telefoon verteld heeft. Hij had pas
een klein jacht geërfd van zijn oom Reggie,
de bokspromoter. Net als hij een zwart schaap
in de familie Sarie." "Denk je dat wij hem nog
zullen moeten identificeren?" "Zijn zuster zei
dat er niet veel te identificeren viel, de kajuit
en het lichaam waren totaal verkoold geweest.
Ze hadden zijn ... tandarts moeten raadplegen."



"Als ik iets uit mijn gedachten wil bannen, ga ik in
gedachten rare liedjes zingen als: zeg heb je 't al
gehoord van ome Thijs ..." "Goh ik ook. Laatst nog:
Somebody's watching me. Van Rockwell of zo ...
Ik zie er wel tegen op. En dan ... twee wildvreemde
mensen die ik opa en oma moet gaan noemen?"
"Dat hoeft niet. Het zal allemaal wel meevallen."
"Maar Tony mocht ze toch ook niet al te graag?"
"Nee, althans hij praatte er liever niet over."
"Van oma, ik bedoel jouw moeder, herinner ik me
dat ze me vertelde dat die vlekken op de maan
geen gezicht vormden. Mensen zien al gauw
gezichten in wolken, rotsen en boomstronken.
Maar dat als je goed keek, was het duidelijk
een oud vrouwtje met een takkenbos op haar rug.
"De schaduw van een haas, toen ik klein was."