pagina 99

"Mam, kan ik de auto nog eens lenen?
Ik ga verhuizen. Ik ga voorlopig bij Manon
wonen in de Ooij." "Wat? Is het uit met
André? En alles was toch koek en ei?"
"Niet meer. Ik heb de hele nacht bij Manon
doorgefeest met een stel mensen. André
verveelde zich en was al naar huis gegaan.
Met wie tref ik hem vanmorgen in mijn bed aan?
Met de Belgische vriendin van Henk Samrink!"
Ien had met Lili gebeld en gelukkig waren ze
zo kies geweest om afwezig te zijn toen ze
haar spullen op kwam halen. "Dat bezoedelde
bed kunnen ze houden." Voor ze weg ging
schreef ze nog snel een briefje en legde dat
op het bed. Er stond slechts: Val kapot ... i.



Henk draaide een paar keer goed hard
'Zeg maar niets meer.' Dat luchtte op.
Tot hij besefte dat Hazes ... a. heette.
Marie belde op een keer. "Over drie weken in
Brussel? Waarom ik niet meer mee wil doen?
Carmenita heeft weer een nieuwe vlam."
Afleiding vond hij in de reizen met Ien en
Manon. Naar Delft (Delphi), Dishoek (Hades),
Vlissingen, Biggekerke, Borssele, en niet te
vergeten Sint-Joosland want dat was immers
Ios, het eiland van Homerus. De theorie begon
hem steeds aannemelijker in de oren te klinken.
Vooral het argument dat het landschap, de rivieren
en de paardenfokkerij op grote schaal moeilijk te
rijmen vielen met het rotsige Griekenland en Turkije.
"Maar hoe kregen ze dan al hun paarden in die
bootjes naar Engeland? wilde Henk weten.