pagina 52



"Hoe lang heb je er over gedaan?
Maar vijf dagen?" Henk had per dag soms
meer dan tien uur op de brommer gezeten,
tot hij helemaal trilde en barstte van de honger
en van de slaap. Met donkere wallen onder zijn
ogen was hij aangekomen op het motorcrossterrein
in het dorp Maggiore nabij Arona in Italië,
waar Boet kampeerde in zijn bestelbus.
"De eerste dag kwam ik niet verder dan
de Ardennen. Maar in Duitsland schoot het
goed op. Hoewel, het was levensgevaarlijk.
Er zijn geen fietspaden en dan steeds die
achteropkomende vrachtauto's. Bijna was ik er
geweest, dood bedoel ik. Overnacht heb ik
in zogenaamde Naturfreundehäuser, zelfs
Rettichknödel gegeten." "En in Zwitserland
zeker over de Simplonpas gekomen?"
"Ja, maar daarvoor de Grimselpas moest ik
helemaal in de eerste versnelling omhoog."



"En je wil hier blijven?" "Nou ja een baantje
zoeken, kan jij niet eens wat rondvragen?"
"Hier is niks, misschien aan één van de meren
of aan de kust. Ik zal wel eens kijken."
"Weet je, ik heb pa z'n oude tent meegenomen.
Kan ik die hierzo opzetten... zolang?"
"Best, maar we blijven nog maar zeven weken.
De laatste vier in Faenza en dan naar Spanje."
Via de Amerikaanse crosser Lew Archer
die met zijn camper naast Boet stond,
vond Henk een baantje als disk-jockey en
schoonmaker in een gay bar in Faenza.
En toen Boet al weer lang en breed in Spanje
zat, was Henk afwasser in Forte dei Marmi.